Type and press Enter.

11x Doen in sinaasappelstad Valencia

Valencia wordt ook wel de sinaasappelstad van Spanje genoemd. Niet gek, gezien de vele sinaasappelbomen die de stad rijk is. Maar ook het Spaanse gerecht Paella komt oorspronkelijk uit Valencia. Een citytrip naar Valencia is echt een must do! De stad heeft namelijk zóveel te bieden; een prachtige, historische binnenstad, groene parken, een uitgestrekt strand en natuurlijk het moderne Ciutat de les Arts i les Ciències, ook wel de Stad van de Kunst en de Wetenschap. Er zijn een aantal bezienswaardigheden die je tijdens je citytrip niet mag missen! Dit zijn mijn 11 tips:

Bewonder de architectuur van de historische binnenstad

Eerlijk is eerlijk… voordat ik Valencia bezocht dacht ik altijd dat het een super moderne stad was. De enige foto’s die ik namelijk áltijd voorbij zag komen waren van Ciutat de les Arts i les Ciències; het enorme, witte, futuristische gebouw in de stad. Inmiddels weet ik dat dit complex slechts een klein gedeelte van Valencia is, dat ook nog eens helemaal buiten het centrum ligt. De historische binnenstad van Valencia is namelijk alles behalve modern! Er liggen tal van pleinen met historische gebouwen en prachtige gevels. Ook kent de stad meerdere fraaie kerken en kathedralen. Plaça de l’Anjuntament – omringd door schitterende gebouwen en met een spectaculaire fontein in het midden – is mijn favoriet. Hier ligt eveneens het stadshuis en het postkantoor van Valencia. Maar ook Plaça de la Virgen, Plaça de la Reina en Plaça Redona zijn mooi. Dit zijn allemaal erg toeristische plekken, maar als je ervoor zorgt dat je hier vroeg bent – lees: vroeg op z’n Spaans, dus 10:00 is prima – dan heb je deze plekjes bijna helemaal voor jezelf. Vergeet ook niet om in de kleine straatjes en steegjes van de historische binnenstad rond te dwalen!

Verken de stad per fiets

Valencia kan met maar liefst 150 kilometer aan brede fietspaden bestempeld worden als een fietsvriendelijk stad. De fiets is dan ook bij uitstek een geschikt vervoersmiddel om Valencia te verkennen! Zeker het 9 kilometer lange Jardín del Turía, het wat verder gelegen Ciutat de les Arts i les Ciències en eventueel het strand zijn het makkelijkste met de fiets te bezoeken. Persoonlijk ben ik niet zo’n liefhebber van moderne kunst en vond ik het prima om Ciutat de les Arts i les Ciències met de fiets te zien. Het complex is namelijk enorm groot en te voet doe je daar best lang over. Het is ook ontzettend leuk om een fietstour door Valencia te doen! Wij maakten een rondleiding met Baja Bikes. Onder begeleiding van een Nederlandse gids fiets je dan langs de bekende en minder bekende bezienswaardigheden van de stad. De Nederlandse gids is altijd iemand die al geruime tijd in Valencia woont en kan je dus alles over de stad vertellen.

Tip: doe een fietstour helemaal aan het begin van je citytrip. Dan heb je meteen een goed beeld van de stad en weet je waar je tijdens de rest van je verblijf nog heen wilt.

Bewonder de overblijfselen van Iglesia de los Santos Juanes

Er zijn in Valencia tientallen kerken te bezichtigen, maar de mooiste vond ik toch wel Iglesia de los Santos Juanes. De kerk, die vlak bij Mercado Central ligt, is niet zo bekend en wordt daarom door de meeste toeristen gemist. In 1592 woedde er een enorme brand in de kerk, waardoor deze bijna geheel verwoest werd. Inmiddels is de kerk zo goed als gerestaureerd en kan al het pracht en praal in Iglesia de los Santos Juanes door bezoekers bewonderd worden. Fraai beschilderde plafonds, gedetailleerd beeldhouwwerk en gouden ornamenten zijn door de gehele kerk te vinden. Iglesia de los Santos Juanes is vanbinnen ontzettend mooi en dus echt de moeite waard om naar toe te gaan!

Wandelen door de botanische tuinen van de universiteit van Valencia

Jardí Botànic, gelegen aan de rand van het centrum van Valencia, is een botanische tuin die eigendom is van de universiteit van Valencia. De tuin is in 1567 opgericht en werd gedurende 200 jaar gebruikt om medicinale planten te groeien voor de studie geneeskunde. In de 20ste eeuw raakte Jardí Botànic voor lange tijd in verval. De universiteit van Valencia startte in 1987 met het renoveren van de tuin. Sinds het jaar 2000 zijn er weer meer dan 4500 verschillende plantensoorten – afkomstig van alle continenten – te bewonderen. De botanische tuin is enorm groot en de planten zijn in 27 collecties ondergebracht. Zelf ben ik nog nooit in een tuin geweest met zo’n grote diversiteit aan planten! Jardí Botànic is helemaal geen toeristische plek, dus je kunt hier rustig wandelen tussen al het prachtige groen. Toegangsprijs: €2,50.

Vissen kijken in het grootste aquarium van Europa

Oceanogràfic, onderdeel van Ciutat de les Arts i les Ciències, is met 40.000 dieren het grootste aquarium van Europa! Met 42 miljoen liter water, 13 verschillende ecosystemen, een grote volière en een dolfijnenshow, is hier genoeg te doen om je een middagje mee te vermaken. Daarnaast zijn er meerdere aquariumtunnels, waarvan er één zelfs meer dan 70 meter lang is! De opvallende architectuur van Oceanogràfic is verwant met Ciutat de les Arts i les Ciències. Een minpuntje van dit aquarium is dat het er erg druk kan zijn. Toegangsprijs: €30,70

Tip: koop je tickets vooraf via de website van Oceanogràfic, zo vermijd je de wachtrij voor de ticketverkoop.

Beklim de Torres de Serranos of El Micalet

Toe aan een beetje sportiviteit én een waanzinnig uitzicht? Beklim dan Torres de Serranos of El Micalet. Of natuurlijk allebei! Torres de Serranos is één van de 12 poorten die deel uitmaakten van de oude stadsmuur. De toren werd tussen 1392 en 1398 gebouwd. Vanaf Torres de Serranos heb je een fenomenaal uitzicht over de stad. Je kunt overigens ook Torres de Quart – de westelijke poort – beklimmen, maar vanaf hier heb je niet zo’n mooi uitzicht als op Torres de Serranos. Toegangsprijs: €2,-

Klim je liever nog wat hoger? Waag je zelf dan eens aan de meer dan 200 treden van El Micalet. Deze achthoekige klokkentoren is onderdeel van de kathedraal van Valencia op Plaça de la Reina. De klokkentoren is ruim 50 meter hoog, dus vanaf hier heb je weer een heel ander uitzicht dan vanaf Torres de Serranos. Toegangsprijs: €2,-

Tip: zorg ervoor dat je de eerste bent die de toren beklimt. Zowel Torres de Serranos als El Micalet openen om 10:00. Als je er dan bent, heb je grote kans dat je het uitzicht helemaal voor jezelf hebt! Wij waren beklommen Torres de Serranos om 10:00, toen was er verder niemand.

Bezoek het karakteristieke La Lonja de la Seda

Het prachtige la Lonja de la Seda, gelegen aan Plaça de Mercado, mag je tijdens je reis naar Valencia niet missen! Het Spaanse woord ‘la Seda’ betekent ‘zijde’. Een logische naam, want la Lonja de la Seda werd vroeger gebruikt als ontmoetingsplaats voor de zijdehandel. Momenteel wordt het karakteristieke gebouw voornamelijk bezocht om de prachtige gotische architectuur en de serene binnentuin. La Lonja de la Seda heeft een symbolisch karakter; de grote handelshal van het gebouw is een voorstelling van het paradijs. De enorme pilaren in deze ruimte zijn de bomen van het paradijs en de koepels in het plafond staan symbool voor de hemelkoepel. Sinds 1996 staat la Lonja de la Seda zelfs op de UNESCO Werelderfgoedlijst! Toegangsprijs: €2,-.

Bezoek één van de markthallen in Valencia

Tijdens mijn citytrip naar Valencia heb ik twee markthallen bezocht: Mercado Central en Mercado de Colón. Mercado Central is de centrale markt van Valencia en ook één van de grootste overdekte markten van Europa. Hier worden allerlei verse producten verkocht. Overal zie je grote bakken vol fruit, knapperige broden, vers gevangen vis, een verscheidenheid aan groenten en grote poten Iberico ham.

Tip: voor een euro koop je bij Mercado Central een vers geperst fruitsapje!

Mercado de Colón is een markthal aan de zuidkant van het centrum. Alleen al de prachtige architectuur van het gebouw is een bezoekje waard. Mercado de Colón wordt niet meer als traditionele markt gebruikt; het gebouw zit nu vol met leuke restaurantjes en barretjes waar je een hapje kun eten of wat kunt drinken.

Onthaasten in Jardín del Turía

Het Turia park, ook wel Jardín del Turía, is een stadspark in Valencia van ruim 9 kilometer lang. Op de kaart van Valencia is het park als een lange groene strook te zien. Jardín del Turía was tot 1957 namelijk een rivier. Echter is na een verwoestende overstroming besloten om de Turia rivier droog te leggen en te beplanten met bomen en struiken. Zo ontstond het groene Turia Park, waar veel locals komen om te ontspannen en in de natuur te zijn. Het park begint aan de oostkant van Valencia, bij Ciutat de les Arts i les Ciències. Helemaal aan het andere uiteinde van het park zijn voornamelijk sportvelden te vinden en Bioparc; een dierentuin die gericht is op Afrika.

Omdat het park 9 kilometer lang is, zou ik aanraden om er lekker doorheen te fietsen. Ga je toch liever lopen? Loop dan vanaf Puente de las Flores – de prachtige bloemenbrug – richting Ciutat de les Arts i les Ciències. Je loopt dan langs Puente del Mar – één van de vijf historische bruggen van de stad – en de kinderspeelplaats Parc Gulliver. Persoonlijk vond ik dit het mooiste stukje van het Turia Park.

Een middagje relaxen op het strand

Als je naar Valencia gaat hoef je niet te kiezen tussen een citytrip of een strandvakantie. Valencia heeft het namelijk allebei! Het strand van Valencia is enkele kilometers lang en – met gemiddeld 300 dagen zon per jaar – zeer geliefd bij zowel locals als toeristen. Er zijn 3 zandstranden in Valencia die direct onder elkaar liggen: Las Arenas, Malvarrosa en Patacona. Las Arenas en Malvarrosa zijn, mede door gunstige ligging ten opzichte van het centrum, de populairste stranden. Op Patacona zul je wat meer locals vinden. Langs de boulevard van de stranden liggen een hoop leuke tentjes waar je een hapje kunt eten. Wij aten op het strand een heerlijk bordje vis bij El Bobo. Het fijne van Spanje is dat je ook prima aan het einde van de middag – zo rond 16:00 – naar het strand kunt gaan. Dineren doe je in Valencia namelijk toch pas rond 21:30. Het is om 16:00 niet meer op z’n warmst en je hebt dan nog de ochtend en middag om andere dingen in Valencia te bezichtigen.

Avondvullend tafelen bij één van de vele tapasbarretjes

Zeg je Spanje, dan zeg je tapas! Valencia kent ontzettend veel leuke en knusse tapasbarretjes, vaak verstopt in smalle steegjes. Onder het genot van een wijntje of een sangria eet je de lekkerste hammen en kazen, typisch Spaanse patatas bravas of pintxos; een stukje brood met verschillende ingrediënten, bij elkaar gehouden door een palillo (tandenprikker). Je leest alles over mijn favoriete restaurantjes in Valencia in dit artikel. Ook moet je Agua de Valencia en Horchata eens proberen; twee specialiteiten uit Valencia. Agua de Valenica is een cocktail die gemaakt is op basis van cava, gin, sinaasappelsap, suiker, wodka of cointreau. Horchata is een drankje gemaakt van aardamandelen – een lokaal verbouwde knolplant – en heeft een wat melkachtige en aardse smaak. Zeker eens proberen!

Tip: ben je nog student? Neem dan je studentkaart mee! Bij ontzettend veel bezienswaardigheden in Valencia krijg je namelijk korting.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *